Waarom Rutte IV nog niet de zwanenzang van premier Mark Rutte is

Jan Schinkelshoek
Foto: Nils van Houts
Wordt het Rutte’s laatste? Vriend en vijand gaat er vanuit dat Mark Rutte gisteren is begonnen aan z’n laatste kabinet. Maar reken er niet te vast op.
Alles duidt erop dat het Rutte’s laatste rondje als minister-president wordt. Niet omdat hij over drie jaar Nederlands langstzittende premier zal zijn, maar veeleer omdat zelfs de premier-met-de-dikke-teflonlaag slijtageverschijnselen begint te vertonen.
Het is, terugblikkend op de kabinetsformatie van 2021, op het nippertje goed gegaan. Na tien jaar premierschap raakt het Binnenhof steeds meer op hem uitgekeken. Zijn bijna natuurlijke overwicht is verbleekt. Het is voor Rutte alleen maar goed afgelopen bij gebrek aan alternatief. En omdat zijn eigen partij hem niet liet vallen. Over een paar jaar, na de volgende Kamerverkiezingen, ligt het waarschijnlijk anders.
Ook binnen zijn eigen partij, de VVD, begint men zich af te vragen hoe het verder-na-Rutte moet. Er treedt bij de VVD een nieuwe generatie aan. De samenstelling van Rutte IV is illustratief. Van de VVD-ministers uit Rutte’s eerste is niemand overgebleven. Eigenlijk is alleen Mark Harbers (de nieuwe minister van Infrastructuur en Waterstaat) nog van de oude garde. Dat kun je ook lezen als een voorbereiding op de tijd-na-Rutte.
Niet alleen vriend, ook vijand gaat er vanuit dat Rutte IV de laatste van de serie zal zijn. Zijn voornaamste tegenstrevers/concurrenten – politici die er nauwelijks een geheim van maken minister-president te willen worden – blijven dicht in zijn buurt. Sigrid Kaag, voorvrouw van D66, is alleen maar om die reden minister van Financiën geworden. Sinds Wim Kok – hij beheerde Financiën ten tijde van Lubbers’ laatste kabinet (1989-1994) – geldt het als een ideaal opstapje naar het Torentje. Achter de keus van Wopke Hoekstra voor Buitenlandse Zaken gaat vast en zeker de politieke taxatie schuil van daaruit, op afstand van het dagelijkse gewoel, zich beter te kunnen voorbereiden op volgende verkiezingen.
Breed in de Tweede Kamer heerst het gevoel een ‘overgangstijd’ mee te maken, de overgang van Rutte naar een nog onbekende opvolger. Dat zal de debatten, te beginnen met die over de regeringsverklaring, een bijzondere glans geven. Min of meer onbewust misschien is iemand, nou ja, bijna iedereen, bezig zich voor te bereiden op dat-wat-komen-gaat. Iedereen ruikt kansen. En omdat er nogal wat partijen zijn en vooral ook omdat iedereen zich kanshebber waant – tot Pieter Omtzigt toe – wordt het druk aan de interruptiemicrofoon. Het wordt een lange aanloop naar de verkiezingen, een permanente verkiezingscampagne.
Dat is misschien juist wel reden om Mark Rutte niet te vroeg af te schrijven. Niet alleen omdat hij een doorgewinterd, ervaren en bekwaam campaigner is. Maar ook omdat hij als geen ander de zaak bij elkaar weet te houden. Rutte is min of meer op z’n eentje, zoals de uitslag van de Kamerverkiezingen van 2021 heeft laten zien, een stabilisator in het brede politieke centrum. En, misschien zo belangrijk, een dam tegen de ongedachte zuigkracht op rechts.
Het risico is niet denkbeeldig dat de VVD na Rutte’s vertrek implodeert. Het CDA-na-Lubbers kan er over meepraten. Als rechts van het midden zo’n groot gat ontstaat – ook omdat er niet tijdig een aansprekende leider bij de VVD opstaat – gaat het land een onrustige, ongemakkelijke periode tegemoet. Iedereen duikt in dat gat. Weliswaar hopen partijen als het CDA en D66 van Rutte’s vertrek te kunnen profiteren, maar het is allerminst zeker of Kaag en Hoekstra het kunnen. Er zijn andere, minstens zo kansrijke kapers op de kust – ter rechterzijde van de VVD. Alles wat tussen Baudet en Wilders zit zal zich storten op de dolende Rutte-stemmer. Met onvoorspelbare, onbekende uitkomst.
Zo zou het vertrek van Rutte en de daarmee gepaard gaande teruggang van ’s lands grootste partij wel eens tot een verdere politieke versplintering, verbrokkeling en zelfs verrommeling kunnen leiden, een situatie waarin het nog lastiger wordt om een stabiel kabinet te vormen.
Nee, het is geen voorspelling. Maar kijk niet raar als over drie jaar Rutte V aantreedt.
Ik wed dat Mark er wel oren naar heeft.
Jan Schinkelshoek, januari 2022
Nieuwsarchief
Pieter Omtzigt houdt Binnenhoflezing 2023
Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt houdt woensdagmiddag 6 september 2023 in perscentrum Nieuwspoort de derde Binnenhoflezing. Thema van de lezing is ditmaal: De Nieuwe Volksvertegenwoordiger. Thema ...
Wereldbeschouwing
In een autobiografisch jeugdverhaal, opgenomen in deel 1 van zijn verzameld werk, vertelt wijlen Karel van het Reve hoe hij als achtjarige, ziek te bed ...
Leermeesters: Nicht ärgern, nur wundern
Soms staan belangen op gespannen voet met elkaar, niet alleen tussen mensen maar ook met het oog op de toekomst. Van een adviseur kan dat ...
De ID-wallet: toegankelijkheid, gebruikersgemak en valkuilen
In onze digitale leefomgeving wordt het belang van veilige en betrouwbare identiteitsverificatie steeds groter. De Europese ID-wallet – een digitale portefeuille – is een langlopend ...
De journalist, de code en de NPO
Ongehoord Nederland, afgekort ‘ON!’, heeft heel wat te stellen met de Journalistieke Code van de NPO. De boetes wegens overtreding dwarrelen binnen. Dat is een ...
Leermeesters: Vliegende galop
In de jaren negentig was Marten Oosting de Nationale Ombudsman. Ik werkte er in die tijd een paar jaar als klachtenonderzoeker. Het instituut komt op ...
NC Magazine met Patrick Cammaert en Splinter Chabot
De voorjaarseditie van het NC Magazine is er! NC Magazine is de halfjaarlijkse publicatie van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Lees in dit ...
Leermeesters: Foutenmarge
Evert Bloembergen, telg uit een geslacht van bankiers, ondernemers en hoogleraren, was mijn tweede baas. De doopsgezinde voorzitter van de Raad van Bestuur, die bij ...
Hoofdpijndossier spreidingswet
Op 28 maart jl. diende staatssecretaris Eric van der Burg van Justitie en Veiligheid het wetsvoorstel in voor de ‘Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen’, ...