AI kan veel, maar is nog verre van mens

Mopperend werkte ik me door de Engelse vertaling van een recente schrijfklus heen. Eigennamen verkeerd vertaald, soms schijnbaar dingen niet begrepen, een enkele keer Louis van Gaal-Engels. Hoe kon dit? Waarom moest ik, verre van native speaker, de vertaler corrigeren?

‘AI’, suggereerde een vriend. ‘Ze hebben het door AI laten vertalen, maar het lijkt alsof ze er daarna zelf niet meer naar hebben gekeken.’

Het zou zomaar kunnen.

Elke keer weer dat je met AI aan de slag gaat, word je getroffen door gevoelens van ontzag en medelijden tegelijk. Ontzag voor wat er mogelijk is, medelijden met de vakmensen aan wier broodwinning wordt geknabbeld door een zo – nog – onvolkomen creatie. En, het klinkt misschien vreemd, ook iets van medelijden met die creatie zelf.

Het is vreemd, de relatie die je aangaat met apparaten die iets menselijks hebben. Elke keer als ik in de auto de adviezen van mijn navigatie negeer, denk ik: toch sneu voor haar, ik moet oppassen, als ik haar raadgevingen te vaak in de wind sla, komt er een moment dat ze zegt: ‘Ik verdom het langer!’

Zo’n moeizame verhouding heb ik ook met Copilot, Bard en ChatGPT. Voor een Sinterklaasgedicht was ik onlangs op zoek naar een Nederlandse boektitel die rijmt op het woord ‘iets’. Omdat me niks te binnen wilde schieten, vroeg ik het aan Copilot.

‘Het vinden van een Nederlandse boektitel die precies rijmt op “iets” is een uitdaging, omdat rijmwoorden vaak korter zijn’, antwoordde Copilot. Dat snapte ik niet.

‘Hier zijn echter enkele suggesties die in de buurt komen’, vervolgde de e-helper. ‘”Niets” van Nicci French, en “Iets” van Maarten ’t Hart.’

“Iets”? Nooit van gehoord.

Controlevraag.

‘Heeft Maarten ’t Hart ooit een boek geschreven met de titel “Iets”?’, typte ik.

‘Nee’, was het antwoord. ‘Maarten ’t Hart heeft geen boek geschreven met de titel “iets”. Hij heeft wel veel andere werken, zoals “Een vlucht regenwulpen” en “het woeden der gehele wereld”.’

WTF?

Dat gedicht heb ik zelf maar afgemaakt. In gedichten maken, ontdekte ik en passant, is AI nog steeds niet veel beter dan een jaar geleden. Los van het beroerde rijm: wat ook maar niet wil stoppen, is de hinderlijke gewoonte om steeds te verklappen wat er in het pakje zit als je dat, vanwege het begrip van de opdracht, hebt genoemd in de prompt. Natuurlijk kun je zeggen: formuleer die opdracht dan anders. Maar ik vind: intelligentie moet snappen dat een pakje een verrassing impliceert.

Tegenover die kleine ergernis staat ook verwondering. Verwondering dat je nu een échte vraag kunt stellen aan een apparaat, met contextuele informatie – een vraag waar de conventionele zoekmachine tot twee jaar terug geen chocola van kon maken. En dat je zo vaak een antwoord krijgt waar je wel iets mee kunt. Menselijk? Ja. Maar voorlopig nog verre van mens.

Nieuwsarchief

AI kan veel, maar is nog verre van mens

18 december 2024|

Mopperend werkte ik me door de Engelse vertaling van een recente schrijfklus heen. Eigennamen verkeerd vertaald, soms schijnbaar dingen niet begrepen, een enkele keer Louis ...

De nieuwe powervrouw van Brussel

18 december 2024|

Ursula von der Leyen, nu voor de tweede maal voorzitter van de Europese Commissie, staat bekend als keiharde tante en wordt door velen beschreven als ...

Het beloofde land bestaat niet

6 november 2024|

Verkrijgbaar bij Bol.com voor een schappelijk bedrag van €13,45: De Russen komen! Schrijver Mark Traa (1968) ontleende de titel van zijn paperback aan die angstkreet ...

Leermeesters: Mens blijven

6 november 2024|

Goede leermeesters geven hun vakmanschap graag door en halen met aandacht, geduld en coaching het beste uit hun leerling. Dit kan impliceren dat iemand ervoor ...